Praten
Arie leert in een hoog tempo praten. Met de dag komen er meer woordjes bij. Hij doet behalve zelfstandig naamwoorden nu ook werkwoorden en maakt daar soms twee woords zinnetjes van. En als je in z'n voorleesboek een keer een dier verkeerd aanwijst, leer je het hem niet zomaar af. Een luiaard die per vliegtuig naar het carnaval in Rio gaat, is volgens Arie toch nog echt steeds een aap. Het is het nog wel eens een puzzel wat ie bedoelt. Zo is alles wat oranje en/of een vos is "Ted!". Het kwartje viel ineens toen we naar foto's van Ted op z'n oranje boxkleed, in z'n romper met een oranje vosje erop, keken. Ow, ja. Als Arie de trap op loopt en Ted ligt te slapen, fluistert ie "Ted papen". Maar waarom hij dan (enigzins verbaasd) z'n neus aanwijst? Vanochtend deed hij er "sssttt" bij. Bijbehorend gebaar heeft ie vast van de juffies op de opvang. "Au" zal hij ook van een wat kleinzeriger collega van de opvang hebben. Voor de kenner is ie al goed verstaanbaar. "Oppetie" is olifant, "Koka" is zijn knuffel Wolk. Vrijwel alle dieren doet ie nog op het geluid dat ze maken. Sta je in de supermarkt bij de dierenvoeding, Arie: "woef woef, m-naaauw".